Zeg, die Vijlbrief komt ie nou of komt ie niet?
Zeg, die Vijlbrief komt ie nou of komt ie niet?
Een ruime 2 maanden geleden berichtten we jullie dat Vijlbrief naar onze regio zou komen. Maar gooide een plotselinge ‘crisis’ (in de Eerste Kamer ontstond onrust over de definitieve afsluiting van het Groninger gasveld) roet in het eten.
Onlangs werden we echter wederom benaderd of we nog geïnteresseerd waren in een gesprek met Vijlbrief op maandag 17 juni. Hoewel onze motivatie danig was gedaald en ook de urgentie gezien zijn aanstaande aftreden hebben we toch besloten hierop in te gaan. In de voorbereidingen kregen we te horen, dat Vijlbrief alleen ‘in’ was voor een gesprek met max. 3 à 4 personen. Grote groepen hadden volgens hem weinig zin omdat daar nooit wat uitkwam!
Gezien de beperkte beschikbare tijd en het feit dat Vijlbrief vooraf met de Burgemeester en een Wethouder een gesprek had, besloten we - mede ingegeven door het uitvallen van onze gastvrouw waar we de staatssecretaris in ons gebied zouden ontvangen - om het gesprek direct aansluitend in het Stadhuis te houden. We wilden graag een junior (naam bij ons bekend) deelgenoot van het gesprek laten maken, maar dit werd door ‘De omgeving’ van de staatssecretaris afgewezen. Vijlbrief zou hier niet van gediend zijn en je kon een jongere toch niet zo’n verantwoordelijkheid op zijn schouders stapelen. Wij zijn echter van mening dat deze jongere zeker de last zou kunnen dragen, maar omwille van de verstandhouding en ervan uitgaande dat dit ‘decreet van Vijlbrief afkomstig was of tenminste met hem was gedeeld, togen we met een volwassen delegatie (Tineke Raap, Max Duursma en Harm Vos) naar het stadhuis.
Hoewel het gesprek met de Burgemeester en Wethouder meer dan de afgesproken tijd in beslag nam, konden we met zo’n 20 minuten vertraging aanschuiven in de (oude) Raadszaal. Na een korte introductie van de delegatie uit Den Haag (naast Vijlbrief waren de directeur Transitie Diepe ondergrond, de heer Kees Hansma en de directe assistent van de staatssecretaris de heer Date Pijlman meegekomen) kon Vijlbrief vertellen dat hij onderweg naar Winschoten in de auto een uitvoerig gesprek had gehad met de CEO van Nobian (Michael Koenig) en zich dus uitvoerig had laten voorlichten over de situatie op dit moment (!?). Daarna mochten wij ons voorstellen waarbij we uit konden leggen wie wij waren en waar we woonden (hoewel de ‘omgeving’ van Vijlbrief dit van tevoren al breedvoerig op papier had gekregen). Tevens waren de Burgemeester (Cora-Yfke Sikkema), de Wethouder (Ger Klein) en de beleidsmedewerker ondergrond (Silvana Moed) aanwezig.
Na de voorstelronde kon de aftrap plaatsvinden. We hadden hier een aantal vragen en een aantal informatieve punten voorbereid.
De start was natuurlijk ons ongenoegen over het late moment (2 jaar na de eerste uitnodiging) waarop hij naar onze zorg kwam luisteren. Had het nog wel zin? Wat zou er met onze input gedaan worden?
De heer Vijlbrief gaf aan, dat hij zelf niet veel meer kon doen aangezien dit waarschijnlijk de laatste maandag van zijn ambtsperiode zou zijn, maar dat hij nog wel e.e.a. in gang kon zetten en ons wellicht de weg kon wijzen hoe we zaken konden aanpakken. Ook kon hij de heer Hansma de opdracht geven om bepaalde zaken nader uit te zoeken of ergens aandacht aan te schenken.
Op de vraag waarom hij alleen met een kleine groep mensen wilde spreken waarbij jeugdigen niet welkom waren antwoordde de Staatssecretaris dat het spreken met een grote groep weinig zin had en hij daar voldoende ervaring mee had opgedaan. Echter de aanwezigheid van een jeugdige gesprekspartner – die het recht van kinderen over hun toekomst en de toekomst van hun leefgebied aan de orde wilde stellen - zou voor hem geen enkel probleem zijn! Hij bleek dus helemaal niet op de hoogte te zijn van onze wens om zo’n jeugdige omwonende mee aan tafel te zetten. Dit ‘bedenksel’ komt dus voor rekening van ‘De omgeving’ van de Staatssecretaris waar hij natuurlijk wel verantwoordelijk voor is!
Als eerste inhoudelijke vraag wilden we starten met het vragen om uitleg wat het belang van het Ministerie in de zoutwinning is. We hadden gelijk de rapen gaar!
Als dit de bedoeling was, dan was de Staatssecretaris gelijk klaar met ons. Hier had hij geen zin in! Wij mochten hem informeren over wat ons dwars zat. Hij ging geen uitleg geven over de keuzes en standpunten van het Ministerie.
Tja, dat was dan duidelijk! Omwille van de ‘vrede’ zijn we maar overgestapt op de informatieve punten:
Het fout op fout stapelen van (de weg) Nobian door af te wijken van maatvoering bij het ontwikkelen van de cavernes (zowel onderlinge afstanden als diameters, regelmatige veroorzaker van lekkages, zowel pekel als dieselolie. Het meest belachelijke milieudelict hierbij de lekkage van honderdduizenden liters dieselolie in 2017. Een ramp die naar de buitenwereld (incl. Gemeente) werd verzwegen. Resultaat is echter dat de mijnbouwer hiervoor telkens werd beloond door het verkrijgen van nieuwe of het verruimen van de lopende vergunningen. Ook de overlast die wordt veroorzaakt door transportbewegingen en misstanden tijdens een z.g. workover, zijn een doorn in het oog voor de omwonenden.
Hier wekte de Staatssecretaris de indruk, dat hij niet op de hoogte was van deze overtredingen hoewel hij wel wist dat Nobian onder verscherpt toezicht van het SodM stond. Het geschetste beeld komt ook niet overeen met de voorstelling van zaken zoals door de CEO van Nobian voorgeschoteld.
In 2019 verbood de toenmalige Minister van EZK de ontwikkeling van verdere boringen in het Heiligerleeveld. De mijnbouwer had er zelf al voor gekozen om de boringen HL-O en HL-P te laten vervallen, maar was voornemens om de boring HL-N (in het verlengde van de St. Vitusholt 1 e laan, dichtbij het St. Vitusholt en dus bebouwing) alsnog te ontwikkelen. De toenmalige Minister stak hier dus een stokje voor. In de oude plannen van destijds AKZO werden de boringen voor de toekomst reeds ingetekend waarbij de alfabetische codering doorliep: HL-R, HL-S, HL-T enz. Gezien echter de beslissing van de Minister doet Nobian het voorkomen alsof het nu gaat om een ‘nieuw veld’. Zij noemt het in eerste instantie ontwikkeling van het veld Zuiderveen, later omgedoopt in Winschoten Zuid (WSZ). Wij vinden het vreemd dat het Ministerie hierin meegaat door de aanvraag voor de proefboring überhaupt in behandeling te nemen! N.B. voor een proefboring op vrijwel dezelfde plaats als waar de eerste boring door de NAM al in 1952 was uitgevoerd en waarvan de boorrapporten met gedetailleerde bodeminformatie in ons bezit zijn. Ook de ‘smoes’ als zou deze informatie onontbeerlijk zijn als bouwsteen voor de techniek die nodig is om de te grote cavernes in het ‘oude’ Heiligerleeveld te kunnen afsluiten, gaat mank omdat het rapport van de commissie die deze techniek onderzoekt er inmiddels al ligt!
De Staatssecretaris geeft aan, hier niet van op de hoogte te zijn en speelt de vraag/ opmerkingen door aan de heer Kees Hansma om hiernaar te kijken voor het vervolg van de procedure.
Wij spraken onze verbazing uit over het feit dat Nobian zo’n 200 miljoen uit de staatskas krijgt om zich te gaan houden aan milieueisen die in principe behoren tot hun normale bedrijfsuitoefening. Als we dan lezen in de aanvraag voor de proefboring dat ze ‘milieuvriendelijk’ de stroom die ze nodig zijn voor de evaluatieboring gaan opwekken middels dieselgeneratoren, breken bij ons de klompen! Het beschikbaar stellen van 200 miljoen euro om het bedrijf in Nederland te houden, betekent dus dat hiermee is gekozen om de vergunningen voor winning al bij voorbaat te verlenen! Waarom dan nog procedures als ‘burgerparticipatie’, ‘inspraakrondes’ en lokale democratie?
De staatssecretaris legt uit, dat de keuze om een bedrag beschikbaar te stellen voor het versnellen van milieubesparende maatregelen geheel los staat van nieuwe ontwikkelingen maar zuiver zijn gericht op de ‘footprint’ van het bedrijf op het milieu en het sneller behalen van doelstellingen dan mogelijk in de huidige bedrijfsvoering.
De bodemdaling in ons gebied is een resultante van alle invloeden: gaswinning uit meerdere ook lokale putten, zoutwinning, natuurlijke inklinking en beïnvloeding van het grondwaterpeil. Hoewel Nobian, ook in recente vergunningsaanvragen alleen maar rept over de door hen veroorzaakte bodemdaling die met 20% zal toenemen van 20 naar 24 cm, bedraagt deze totale bodemdaling op dit moment al zo’n 36 cm. Wij ondervinden hiervan de gevolgen in de vorm van scheuren – met een duidelijke toename vanaf 2016 - in onze woningen en gebouwen. Naast de directe schade en de kosten van herstel hebben we ook te maken met de waardevermindering van onze eigendommen. Zuur is het ook, dat niet Nobian opdraait voor deze schade en dat bij het indelen van de postcodegebieden (je zou kunnen spreken van een postcodeloterij), getroffen wijken buiten beeld vallen terwijl ze wel degelijk schade ondervinden van alle invloeden op de bodemdaling!
De staatssecretaris geeft aan, te begrijpen dat het wellicht niet ‘zuiver’ aanvoelt om de schade te claimen bij het IMG, maar dat hij er toch voor heeft gezorgd dat in ieder geval schades tot € 60.000 zonder al te veel problemen snel worden afgehandeld. M.b.t. de postcode indeling geeft hij aan, dat dit ook al onderwerp van gesprek met de Burgemeester en Wethouder was, maar dat hier na de heroverweging geen ruimte voor wijziging meer in zit.
Helaas zat onze tijd erop, zodat ruimte voor de vele andere vragen ontbrak. Desondanks hebben wij de indruk, dat we onze zorg goed naar voren hebben kunnen brengen en dat er weer een (nieuw) kamerlid hiervan op de hoogte is. Ook hopen we dat de directeur die verantwoordelijk is voor de Mijnbouw Transitie Diepe Ondergrond, Kees Hansma doordrongen is van het feit dat de situatie rond de zoutwinning niet zo veilig is als de mijnbouwer ieder wil doen geloven!
Zoals opgetekend door de vertegenwoordiging van de Bewonersbelangen. Juni 2024